‘Met wie of wat willen wij ons verbinden’ door ds. Matthy Bijleveld op 29 september 2019
Gemeente van Christus, iedereen in begrepen,
(Inleiding) Omdat de Startzondag dit jaar samenviel met Middeleeuws Ter Apel kreeg het nieuwe jaarthema 8 september jl. niet de aandacht die het verdiende.
Daarom zal het vandaag in het bijzonder gaan over ‘verbinden’. Het werkwoord dat is gekozen als thema voor 2019/2020.We verkennen wat dit werkwoord inhoudt. Het gaat over vragen als:
‘Met wie of met wat willen wij ons verbinden?
Je verbindt je alleen als je gemotiveerd bent; als iets de moeite waard is om je mee te verbinden.
‘Waarom wordt een leven in verbondenheid met andere mensen gezien als essentieel voor menselijk leven?’
Werpen de gelezen bijbelteksten hier misschien een licht op?
(I) In de tekst uit het Evangelie naar Lucas gaat het juist over het tegengestelde van verbinden.
Het gaat over onverschilligheid tegen opzichte van een mens in nood.
De rijke man bekommert zich in zijn leven in het geheel niet om de arme Lazarus die graag wat had gekregen van wat omlaag was gevallen van de tafel van de rijke man. Maar de honden waren hem voor, ze likten zelfs zijn wonden.
De rijke man heeft tijdens zijn luxe, comfortabele leven niets gedaan om het mensonwaardige lot van Lazarus te verzachten. Hij heeft zich op geen enkele manier met deze man die bij hem om de hoek leefde verbonden. Te druk met zijn eigen besognes.
Blind voor het lijden van de arme man over wie hij dagelijks bijna struikelde.
Misschien deed het bittere lot van Lazarus met zijn zweren en zijn lege maag hem niets.
In het verhaal zien we niets van compassie of bewogenheid om het lot van Lazarus. Je vraagt je af: bestaat zoiets? Ja, het bestaat.
Het zich niet verbinden van de rijke man, die in tegenstelling tot Lazarus, geen naam krijgt(!), -is hij een nobody?-, wordt hier in verband gebracht met lijden en tekort…
(II) Het gedeelte dat is gelezen uit 1 Samuel 21, 2-10 gaat over Davids’ vlucht voor koning Saul. Het is een deel uit een veel groter verhaal. Voordat David op de vlucht sloeg en aankwam in Nob bij de hogepriester Achimelech, heeft hij van zijn vriend Jonathan, de zoon van Saul, begrepen, dat het Saul menens is om hem, David, van het leven te beroven. Zijn vader ziet David als een bedreiging voor de troonopvolging.
Het lijkt er sterk op dat Saul ook jaloers is op de innige vriendschap tussen Jonathan en David.
Ook daarom moet David uit de weg (worden) geruimd.
Jonathan heeft zijn vriend lief als zijn eigen leven. Beide vrienden zijn nauw met elkaar verbonden door de liefde die zij voor elkaar voelen.
Iedere ouder zou blij zijn geweest met zo’n vriend voor zijn zoon. Dat gold niet voor Saul.
Jonathan weet dat David zijn vader zal opvolgen en heeft daar zelf geen moeite mee.
Eerder al hebben ze samen een verbond gesloten.
Het huis van Jonathan heeft een verbond gesloten met het huis van David.
Een duidelijker teken van verbondenheid dan een verbond is er niet.
Hun beider levens zijn door de liefde verbonden. Samengesmeed op leven en dood.
(III) Twee teksten, de een over onverschilligheid over het lot van een medemens, de ander over innige vriendschap en verbondenheid. Twee uitersten, het gewone leven speelt zich daartussen af.
Maar als het erop aankomt, als het gaat om wat er werkelijk toe doet in het leven dan gaat het altijd om zaken als verbondenheid.
Waar verbind je je mee? Verbind je je of blijf je liever afzijdig?
In de marge leven, een beetje in de verborgenheid heeft iets aantrekkelijks.
Het is veilig. Je hoeft jezelf niet te laten zien. Je kunt rustig je eigen vrije gang gaan.
Je bent aan niemand iets verplicht. Dat wil misschien iedereen wel.
De meeste mensen willen liever geen verplichtingen meer in onze tijd, zegt men.
Maar bij de dingen waar het in het leven echt om gaat gaat er het er juist wel om dat je jezelf laat zien.
Dat zagen we kort geleden toen heel ons land werd opgeschrikt door de moord op advocaat Derk Wiersum. Een goede advocaat, een aimabel mens. Die zich naast zijn werk op veel manieren vrijwillig voor andere mensen inzette. En juist zo iemand die zich in zijn leven verbond met menselijkheid en met rechtvaardigheid wordt het doelwit van bruut geweld. Dat is onrecht. Dat doet pijn. Dat maakt boos.
En ook bang, want in een rechtstaat heeft iedereen, ook een kroongetuige recht op verdediging…
Wat een moedig mens is hij geweest, een mens die zich met rechtvaardigheid en menselijkheid verbond.
Als mensen die met ziekte te maken kregen of
met de dood wordt gevraagd: ‘Wat doet er in je leven werkelijk toe?’ dan antwoordt vrijwel iedereen:
de verbondenheid met mijn dierbaren, met mijn geliefden.
In de kern van de zaak zijn wij allemaal kwetsbaar. Dat willen we meestal liever niet weten. Maar het is een gegeven.
In het verhaal wat Jezus verteld is Lazarus de kwetsbare. Hij is niet eens in staat om dat te verbergen.
Je ziet het aan zijn wonden, je ziet het aan zijn gestalte dat hij niet genoeg te eten krijgt.
Meestal kunnen we voorbij gaan aan deze kwetsbaarheid. We tonen liever onze eigen kracht en onze zelfredzaamheid. En soms kunnen we er niet omheen, omdat we er bij worden stil gezet.
Wat we ons vaak niet realiseren is dat als we open durven zijn over onze vreugde en over ons verdriet dit ons juist verbindt met andere mensen. Maar dat vraagt wel vertrouwen in andere mensen.
Onze vergankelijkheid, vormt de kern van de kwetsbaarheid van het bestaan.
Eens zal ieder mens sterven, dat hebben we met elkaar gemeen.
Dat is ook wat het verhaal van de rijke man en de arme Lazarus vertelt.
En wat doe je voordat dat moment daar is? Leer je op je levensweg om compassie voor elkaar op te brengen? De rijke man in ieder geval niet.
Zelfs in het dodenrijk denkt hij nog vooral aan zichzelf en zijn eigen familie! Ook daar ziet hij Lazarus niet om wie hij is.
Maar wij kunnen nog onze keuzes maken.
In de Kloosterkerk willen we aan het werk met het woord ‘verbinden’. Met wie gaan wij ons verbinden?
Compassie leren opbrengen begint bij de eigen kring. Maar dat is niet genoeg.
Met wie gaan wij ons buiten onze gemeente verbinden? Wie zijn de Lazarussen op de drempel van onze deur?
Maar kunnen we ook bondgenoten vinden met wie wij ons kunnen verbinden, omdat we anders zelf niet lang meer zullen bestaan? Het is onze eigen kwetsbaarheid die we moeten voelen en niet van ons af houden om ook gevoelig te zijn voor anderen.
Wat zijn doelen die vanuit ons geloof het waard zijn om ons mee te verbinden, zodat we samen sterker zijn dan alleen?
We proberen dat al te doen in ons gemeente-zijn. Met elkaar.
Maar eigenlijk moeten we ons verbinden met meer. Of laten zien dat we ons verbonden voelen.
Compassie leren opbrengen gaat in het eigen dorp over het vergroten van leefbaarheid.
Wie zijn dan onze bondgenoten?
Dat zijn vragen die raken aan de kern van ons voortbestaan als christelijke gemeente in het eigen dorp.
Wij moeten een verbond sluiten met groepen in de samenleving die het zelfde voor ogen hebben.
Het zal gaan om instellingen die zich bezighouden met de vermindering van de kloof tussen arm en rijk, om zorginstellingen, gezondheidscentra, scholen, instellingen die meer en snellere acties willen tegen klimaatveranderingen.
Als je je inzet voor het zelfde doel geeft dat een gevoel van verbondenheid.
Maar vanochtend ervaren we ook de onderlinge verbondenheid als we brood en wijn delen. Om Jezus te gedenken die ons is voorgegaan op de weg van verbondenheid met elkaar, met onze eigen kwetsbaarheid, met de kwetsbaren in onze samenleving en met de kwetsbare aarde.
Amen.