Welkom » Overdenkingen » ‘Gedeelde smart is halve smart’ door ds. Matthy Bijleveld op 11 februari 2018

‘Gedeelde smart is halve smart’ door ds. Matthy Bijleveld op 11 februari 2018

Gemeente van Christus,

Weet u wat dit is? (predikante houdt een rood bolletje van schuimrubber omhoog en zet hem op.) ‘Een clownneus’. Ja, dat klopt. En ik zet ook een feestelijk hoofddeksel uit Bolivia op.
Zo is een vermomming snel gemaakt. Vermommen en verkleden, daar ging het gisteren bij de Carnavalsoptocht in Ter Apel ook om. Er trok een lange, veelkleurige, bonte stoet voorbij. De muziek zette ook de toeschouwers in beweging, zodat we met z’n allen een beetje warm bleven. Wat een energie en een vrolijkheid. Sommige thema’s zijn van alle tijden, sommige wagens hebben een actueel thema. ‘Gender neutraal, bijvoorbeeld.’ Dat raakt aan de tekst uit Spreuken. Daar werden mannen gewaarschuwd voor lichtzinnige vrouwen. In de bijbel zijn vrouwen vaker de klos omdat de bijbelboeken door mannen zijn geschreven. De bijbelteksten horen ook aan vrouwen te worden gericht.
Een waarschuwing aan de vrouwen om op te passen lichtzinnige mannen, is dus evenzeer op z’n plaats…
Deze week was prins Lex I op de televisie.
Misschien denk je dan aan koning Willem Alexander toen hij jong was.  Dat zijn vrienden hem zo noemden. Nee, dat is niet het geval. Prins Lex I was vorig jaar de charmante en hartelijke prins Carnaval in Venlo. Hij zag het als zijn taak om de mensen in zijn stad voor 3 dagen even hun zorgen te laten vergeten. Drie dagen even je zorgen vergeten.
Drie dagen verbroedering. Door samen te zingen, samen drank te delen: je geeft een drankje, je krijgt een drankje. Prins Lex I is een warme persoonlijkheid.
Voor elke situatie had hij een passend liedje. In een verpleeghuis zong hij samen met een demente mevrouw. Bij het afscheid kreeg zij van hem een zoen. Het was haar mooiste carnaval ooit!
Tijdens carnaval hoort iedereen erbij. Wordt niemand buitengesloten. Het is geen vraag hoe het masker, de smink en de verkleedkleren helpen bij de openheid tijdens carnaval.
Wel is het een vraag wat er na carnaval gebeurt?
Maar dan is er volgend jaar een nieuw de mogelijkheid tot verbroedering en verzustering…
Sommige inwoners kijken daar op Aswoensdag al naar uit….
Door Prins Lex I begrijp ik beter waar carnaval over gaat.

In het verhaal over de melaatse man is er wel sprake van uitsluiting en isolement.
Volgens de reinigingsvoorschriften uit Leviticus moesten de mensen met melaatsheid of huidvraat in afzondering leven.
Stel je eens voor je lijdt aan een ziekte en dan komt daar bovenop eenzaamheid en afzondering. Melaatsen mochten namelijk geen contact zoeken met gezonde mensen. Maar daar trekt de melaatse man in ons verhaal zich niets van aan. Het is voor hem genoeg geweest! Hij heeft genoeg van de eenzaamheid. Hij zet de eerste stap en gaat naar Jezus… Hij heeft de moed om op Jezus af te stappen…

Er zijn veel vormen van isolement. Soms leven mensen jarenlang afgezonderd doordat een psychische ziekte hen kwelt.
Mensen houden hun ziekte verborgen. Leven alleen met hun lijden. Schaamte kan een rol spelen. Die kan heel groot zijn.
Maar ook een lichamelijke ziekte kan ervoor zorgen dat je buiten de samenleving staat. Alle aandacht gaat naar het ziekzijn en beter worden. Mensen vallen hun familie en vrienden daar niet graag mee lastig.
In het ziekenhuis is dat een reden waarom patiënten vragen om een gesprek met een geestelijk verzorger. Soms is er angst. Vaak midden in de nacht. Als ik bereikbaarheidsdienst heb kan dat een reden zijn waarom ik word opgeroepen.
In de nacht kan het spoken in je hoofd. Dan komen de demonen. ‘Hoe komt het met mij?’
‘Word ik wel weer beter?’ ‘Hoe moet het verder met mijn gezin?’
Het delen van je nood helpt vaak. Als iemand naar je verhaal luistert neemt de angst af.
Tijdens een oproep in de nacht gaat het vaak om de naderende dood.  Een familie weet zich geen raad met het afscheid dat staat te gebeuren.
Er zijn dingen niet besproken. Er was een ruzie. Jarenlang sprak men niet met elkaar.
Hoe bereid je je dan met elkaar op het afscheid van vader of moeder voor? Onrust. Paniek. Het kan helend zijn als er dan iemand komt die voorstelt om samen te bidden rond het ziekbed.
Eerst een persoonlijk gebed en met elkaar het Onze vader.
Ik stel voor om elkaars’ hand tijdens het bidden vast te pakken.
Als de familie daar voor voelt kan iedereen die dat wil
met rozenolie een kruisje op het voorhoofd van vader of moeder maken. En daar een paar laatste woorden bij uitspreken.
Zo’n ziekenzegen kan maken dat het dan ineens weer stroomt en de familieleden wel in staat zijn om hun rouwtaken uit te voeren…

De melaatse man is z’n afzondering beu en heeft genoeg van zijn eenzame leven. Daar kun je je iets bij voorstellen. Wat een moed. Want hij verbreekt een sociale code.
Hij waagt de gok. Jezus doet hetzelfde. Hij mocht geen contact hebben met de melaatse man. Ook hij trekt zich van deze regel niets van aan. De man smeekt om hulp en zegt : “Als u wilt kunt u mij rein maken.” Jezus was ontroerd door de situatie van de man: zijn ziekte, zijn alleen zijn. Hij geneest hem. Voor Jezus hoort de man erbij. Hij zegt hem: ‘Denk erom dat je niemand hierover vertelt, maar ga naar de priester en breng daar het reinigingsoffer zoals Mozes dat voorschrijft.’

In onze tijd is er de mogelijkheid om met je psychische lijden naar een psychotherapeut te gaan. Dingen die je al jaren dwars zitten kun je daar bespreken.
Of als je aan het leven lijdt kun je vragen om een gesprek met de dominee. Of in het ziekenhuis met de geestelijk verzorger.
Vorige week sprak ik op een studiebijeenkomst met een psychotherapeute. Toen ze hoorde dat ik predikant ben zei ze:
’Ik ben niet gelovig, maar ik ga soms graag naar de kerk.’
Ons gesprek duurde niet zolang. Ik had haar willen vragen wat ze daar dan zoekt?
Die kans krijg ik nog weleens. Wat ik me erbij voor kan stellen is dat de kerk haar een plek biedt om over het leven na te denken.
Er is mooie muziek. Tijd om te denken. Om te voelen. Om even je zorgen te vergeten, misschien. En ook om contact te ervaren met het mysterie. De bron van alle leven. Iets dat ons eigen leven overstijgt. Een geborgenheid die we God noemen. Een plek voor wijsheid, ook.

Jezus vraagt de man om niets over zijn genezing te vertellen. Waarom doet Jezus dat? Vraagt hij dan niet teveel van deze man?
Jaren is hij ziek geweest, leefde ver van de bewoonde wereld, alleen. Nu hij genezen is mag hij dat niet delen?! Waar het hart vol van is loopt de mond toch van over?

Wat Jezus van de melaatse man vraagt lijkt op de reactie van Pieter.
Pieter redt zijn klassenleraar van de verdrinkingsdood. De dankbare leraar zegt:
“Ik zal een van je wensen vervullen!” Wat is je grootste wens? Daarover moet Pieter even nadenken en tot slot zegt hij beslist: “Vertel op school aan niemand dat ik het was die u gered heeft.”… Sommige dingen hoeven niet aan de grote klok gehangen te worden…

Voor prins Lex I is Carnaval verbroedering en vast ook verzustering. Een paar dagen per jaar hoeft niemand in afzondering of isolement te leven. Even kunnen de mensen hun zorgen vergeten. Op straat deelt iedereen lief en leed met elkaar. En ook de drank. Dat hoort erbij.

Is dit ook niet wat op zondag in de kerk gebeurt? …
De kerk als plek waar je vrij bent
Door: stil in deze ruimte te zitten?
Door: te zingen
Door: te luisteren naar gedachten die je doen opleven?
Door: te kijken naar het licht
Door je eigen gedachten op het spoor te komen

Door: elkaars’ aanwezigheid te ervaren als steun
Door: samen te delen in het feest van brood en wijn
Door: samen geld bijeen te brengen voor mensen
die wel wat hulp kunnen gebruiken
Even vrij van de dingen die je bezorgd maken…
Door: ja, wat voor ieder van jullie ook de reden is
om juist op dit uur in de week hier te zijn…
Een vrijplaats waar je welkom bent en erbij hoort
Een plek waar verhalen van hoop en nieuwe mogelijkheden klinken!

Het verhaal van de melaatse man is een opstandingsverhaal.
Een mens hoeft niet te blijven zitten in zijn eenzaamheid.
Ziekte hoeft niet alleen te worden gedragen.
Schaamte kan worden gedeeld.
Door je zorgen, je angsten, je verhaal te delen wordt het leven dragelijker en jij als mens minder alleen.
Soms heb je de moed op zelf op te staan. En zoek je hulp bij je vragen.
Niet altijd heeft een mens die kracht. Dan is het helend dat er een gemeentelid is die je nood ziet. Of een verpleegkundige die er voor zorgt dat je je verhaal kunt doen.
Door zelf even naast het bed te gaan zitten.
Of door een maatschappelijk werker of geestelijk verzorger te bellen.

Opstaan, zoeken naar een beter leven.
De kerk biedt die prachtige mogelijkheid elke zondag opnieuw!
Voor de trouwe kerkganger. Voor de niet gelovige en zoekende psychotherapeut.
Voor wie maar wil!

Amen.